Vrijdag 27 augustus, voor het eerst regent het op mijn thuisreis. Niet alleen de regen is vervelend, maar ook de wind is nu merkbaar sterker. Ik pak mijn spullen in onder een afdak bij het toiletgebouw, de tent is wel nat, maar zal vanavond toch weer uitgepakt worden. Vandaag begeef ik mij door de eindeloze akkers van noord Frankrijk, het rollende landschap met daarboven rollende onweersbuien. Per saldo valt de neerslag eigenlijk nog wel mee, maar dit valt niet altijd op omdat de weg nat is, en de lucht vochtig. Tegen de middag is toch ook de zon af en toe zichtbaar, de harde wind blijft, maar meestal blaast deze in mijn rug. Boven op de heuvels kan ik goed zien waar de buien zich bevinden, machtig mooi gezicht is dat, donkere luchten, met hier en daar stortregens en onweer. Dan moet ik er ook aan geloven en terwijl ik van een heuvel af sjees haalt de bui mij in. Hooguit 5 minuten later is het weer droog, en schijnt de zon weer. Het is vandaag jasje aan, jasje uit dag heb ik besloten. Van collega Toon krijg ik het bericht dat het rond Metz nogal aan het spoken is, en of ik daar ook nog in de buurt ben. Om leedvermaak zit ik niet te wachten, en sms terug dat het slechts een klein beetje regent af en toe. Gedurende de dag verandert het landschap totaal niet zodat ik geen idee heb of ik wel progressie maak. De ene heuvel lijkt precies op de andere, de smalle asfalt weggetjes lijken af en toe op een achtbaan zo kronkelen ze de heuvels op en af, alleen de looping ontbreekt nog. Een van de weinig grotere plaatsen is Charmes, ik kan weinig charmants ontdekken aan het plaatsje. Maar gezien de foto op google earth had ik gewoon even wat meer tijd moeten nemen.
 |
Charmes heeft toch wel zijn charmes |
De volgende grote plaats is Luneville, maar het oude vertrouwde akkerlandschap keert al vrij vlot weer terug. Voor vandaag had ik mezelf belooft om Frankrijk te verlaten, maar ik ben nog steeds niet in de buurt van Nancy, laat staan Metz. Normaal gesproken kondigen deze plaatsen al rap het einde van Frankrijk aan, op de fiets is dit een heel ander verhaal, er zit nog behoorlijk veel Frankrijk tussen Nancy en Luxemburg. In Puttigny krijg ik de 2e regenbui van betekenis op mijn hoofd. De straten veranderen in rap tempo in snel stromende rivieren. De roeifiets is met dit weer uitstekend in zijn element wanneer ik stroomopwaarts omhoog roets. De putten kunnen dat vele water in korte tijd niet verwerken, en langs de stoepen kolkt het water alsof het een wilde rivier is.Na een minuut of 5 is het alweer over met het waterballet, en zorgt de zon weer voor het opdrogen van de weg. De maag begint toch al weer te knorren, en de plaatsjes die onder mijn wielen door glijden bieden totaal geen accomodatie om dit euvel te verhelpen. In Hemilly barsten de wolken weer open, het remvermogen op de natte velgen is gereduceerd tot dat van een schoenzool op een ijsbaan. Ook deze bui is van korte duur, maar van een opwarmend zonnetje is nu geen sprake meer. In Courcelles Chaussy bied een kebab zaak eindelijk de oplossing voor de dierengeluiden uit mijn maagstreek, ook het idee wat meer in de bewoonde wereld te zijn bied mij hoop op een slaapplek. Ik bevind mij nu ter hoogte van Metz, dus het kan niet ver meer zijn. Het is inmiddels donker geworden, en in de verte zie ik de oplichtende industrie van Metz aan de westelijke horizon. Ook dit aanblik blijft lange tijd in zicht, alsof ik op een rollerbank aan het fietsen ben. Om 22.00 uur ontdek ik, inmiddels in de moezelstreek aangekomen, wat borden met toeristische informatie. Campings hebben ze hier niet, maar er zijn wel enkele hotels in deze omgeving. Ik heb mijn hoop gevestigd op Koenigsmacker, klinkt best wel Luxemburgs, maar is helaas nog Frankrijk. Het hotel aldaar is snel gevonden, maar de verlaten indruk baart mij zorgen, dit in combinatie met het briefje op de deur dat ze vanaf 27 augustus zelf vakantie aan het houden zijn doet mij even heel diep zuchten. Het is inmiddels 23.00 uur wanneer ik besluit dan maar door te roetsen. De route loopt vlak langs de inmense koeltorens van de kerncentrale van Cattenom die ik de laatste paar uur al in het zicht had. Tegen middernacht passeer ik de grens met Luxemburg, en in Crauthem kom ik langs een hotel. Hier wordt na middernacht blijkbaar niet meer opengedaan, dus gaat mijn zoektocht naar een slaapplek nog even door. Door een opgebroken weg kan ik de route niet blijven volgen, en enigzins verdwaalt kom ik Luxemburg stad in. Het eerstvolgende hotel wat ik hier aan tref straalt zoveel klasse en alure uit dat ik niet eens durf te vragen wat een overnachting hier kost. Ik ploeter door het centrum met zijn kinderkopjes, moet zelfs een steile trap af ( die aangegeven staat als fietsroute ), en dat valt niet mee met een bagage karretje achter je fiets. Dan zit ik weer op de route, welke inmiddels uit betonnen fietspaden bestaat, in dit stedelijke gebied is echter nog geen geschikte plek om mijn tent op te zetten. Dan tegen een uur of 4 zie ik een fiets uitrustplek met een afdak, en een waterkraan. Hier zet ik mijn tent op met een minimum aan haringen, en duurt het niet lang voor ik met al mijn kleren aan in slaap val met de gedachte dat ik 300km dichter bij huis ben

a la prochaine,
Dennis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten